Poging tot artiestennaamkaping mislukt: Vandenberg mag zijn naam houden

Ietwat vertraagd door de herfstvakantie, hierbij toch nog een korte bespreking van de zaak Vandenberg. Deze kwestie werd door Vandenberg bij vonnis van 30 september 2011 gewonnen. Vandenberg werd daarin bijgestaan door ondergetekende.

Ad Vandenberg was in de periode 1982 – 1986 de oprichter en onbetwist bandleider van de rockgroep Vandenberg. De band was dan ook naar hemzelf vernoemd. Ad was naast bandleider en gitarist, ook degene die het art work voor zijn rekening nam, zowel van de albumhoezen als het logo van de band. Ad had dan ook een studie aan de kunstacademie achter de rug. Ad was bovendien ook vóór 1982 al bekend onder zijn artiestennaam.

Vandenberg maakte als rockband – zeker voor Nederlandse begrippen – heel wat los in de jaren ’80 en bracht in totaal drie albums uit. Toen was de koek op. De zanger was al vervangen door een ander, en Ad besloot als gitarist toe te treden tot de Amerikaanse band Whitesnake, waarmee hij wereldwijd grote successen had en zo’n 13 miljoen albums verkocht. Ad treedt zo nu en dan nog steeds op als gastgitarist bij Whitesnake, onlangs in Zweden en binnenkort zelfs in Nederland.

De band is destijds in goed overleg uiteengegaan. Er behoefde destijds geen ‘bezit’ te worden verdeeld, aangezien de band met een grote openstaande schuld aan de platenmaatschappij achter bleef. Deze schuld is tot op de dag van vandaag niet afgelost. Bovendien is het maar zeer de vraag of de band vroeger ooit een echte ‘onderneming’ is geweest, laat staan dat daarvan vandaag de dag nog steeds sprake zou zijn. De bandleden gingen in 1986 ieder hun eigen weg en hebben sindsdien in allerlei bands gespeeld. Voormalig zanger Bert Heerink had met redelijk succes zelfs een solocarrière onder zijn eigen naam. En dit alles ging zo’n 25 jaar lang goed.

Tóch meenden 2 van de drie ex-bandleden pas onlangs alsnog een claim te kunnen leggen op de bandnaam ‘Vandenberg’. Met het betoog dat er destijds een onderneming was geweest en er tot op de dag van vandaag geen ‘verdeling’ van de boedel had plaatsgevonden, werd getracht Ad te verbieden zijn eigen naam te gebruiken voor muziek en andere doeleinden. Daarmee volledig voorbijgaand aan kwesties als spoedeisend belang (althans, het ontbreken daarvan) de verjaring en het feit dat Ad zijn eigen naam in de afgelopen 10 jaar ook ongestoord als kunstenaar heeft gebruikt voor zijn schilderijen. De bandleden gingen zelfs zo ver, dat zij – zonder dat Ad het wist – een woordmerk Vandenberg deponeerden bij het BBIE op naam van de vier ex-bandleden, dus ook op naam van Ad zelf. Daartegen wordt door Ad momenteel oppositie gevoerd, want zo gaat dat natuurlijk niet.

En toen kwam er toch nog een kort geding. Twee van de drie ex-bandleden meenden dat er voldoende spoedeisend belang was voor de toewijzing van een vordering die Ad het verdere gebruik van zijn naam en logo zou verbieden. Zij deden daarbij een beroep op het handelsnaamrecht, waarvoor je een ‘onderneming’ moet zijn, en op het merkenrecht. Van de zijde van Vandenberg werd betoogd dat de kantonrechter onbevoegd was, er geen sprake was van een spoedeisend belang doordat Vandenberg het door hem in 2010 als beeldmerk gedeponeerde Vandenberg-logo tot heden niet had gebruikt, er geen inbreuk werd gemaakt op het merkrecht van de band doordat eisers niet over een geldig merk konden beschikken en Vandenberg bovendien een artiestennaam is, geen merknaam. Verder was – als gezegd – van een bestaande onderneming met een handelsnaam geen enkele sprake volgens Vandenberg en kon van naamsverwarring al helemaal geen sprake zijn, doordat de naam Vandenberg uitsluitend door Ad was gebruikt in de afgelopen 25 jaar. Er was dan ook eerder sprake van artiestennaamkaping, immers, wat voor belang konden eisers hebben bij hun actie? Wilden zij wellicht zonder Ad optredens gaan verzorgen onder de naam Vandenberg? En wat vindt de muziekliefhebber daar dan van?

De kantonrechter oordeelde inhoudelijk en besloot dat niet was gebleken dat Ad diens naam Vandenberg destijds zou hebben overgedragen aan een gemeenschappelijk vermogen van de band. Dat nog steeds Cd’s worden verkocht met materiaal van de band maakte dat niet anders. De vordering ten aanzien van het woordmerk Vandenberg werd dan ook afgewezen. Ook de vordering met betrekking tot het beeldmerk (eisers wilden bereiken dat het beeldmerk van Ad ook op hun naam werd gezet) werd afgewezen. Van een spoedeisend belang was immers niet gebleken, nu eisers geen gebruik van dat beeldmerk door Ad hadden aangetoond. En dat is toch wel minstens vereist als men bij wijze van spoedeisende maatregel bepaalt merkgebruik wil laten verbieden.

In de krant kon later worden vernomen dat eisers aankondigden een bodemprocedure over deze kwestie te zullen aanspannen. Tot heden is daarvan niet gebleken. Gelet op de vele argumenten die in het kort geding niet aan de orde zijn gekomen en die maken dat het beeldmerk geenszins aan eisers toekomt, is dat maar goed ook. Inmiddels is de band Vanderberg weer bij elkaar, en hebben ze in 2020 een comeback gemaakt. De band bestaat nu uit Adje en nieuwe leden. Meer info: https://www.volkskrant.nl/mensen/rockster-adje-vandenberg-gidst-ons-koks-en-rockgitaristen-zijn-dezelfde-bloedgroep~b61b66f6/

Heeft u een muziekadvocaat nodig?

Neem contact op met Margriet Koedooder, voor al uw vragen over muziekcontracten en muziekrecht.

Deel deze blog met